Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hij kwam bij, en hij kuste hem; toen rook hij [32]den reuk zijner klederen, en zegende hem; en hij zeide: Zie, [33]de reuk mijns zoons is [34]als de reuk des velds, hetwelk de HEERE gezegend heeft. 32. Waardoor hij zich nog meer verzekerde dat Jakob zijn zoon Ezau was; alsof hij zeide: zijn klederen rieken niet naar den stal der beesten, maar naar het lieflijke veld. 33. Dat is, de reuk der klederen mijns zoons. 34. Welke meest veroorzaakt wordt door de gematigheid der lucht, de goedheid van het land, en de kostelijken overvloed van allerlei gewas. De zin is: gelijk de goede reuk ener landstreek een teken is van haar schone gelegenheid, kostelijke vruchten en groten overvloed, alzo is de reuk van de klederen mijns zoons mij een teken van zijne en der zijnen toekomende gelukzaligheid, die bij een uitnemende landbouw zal te vergelijken zijn.